Vandaag stuitte ik er weer op één. In Het Parool noemde een columnist één van zijn stukjes een 'schrijfsel'. Ik heb die schrijfsels altijd een merkwaardige dingen gevonden: het zijn niet nader omschreven verzamelingen van zinnen - en ik heb het idee dat het woord de laatste jaren opgang doet. Men schrijft tegenwoordig geen boeken, verhalen, artikelen, columns of, desnoods, stukjes meer, nee, tegenwoordig 'schrijf je een schrijfsel .'
Van een schrijver, columnist, of journalist verwacht je enig taalgevoel, als zo iemand met een 'schrijfsel' aan komt zetten weet je direct dat je daarin teleurgesteld wordt, net zoals een roman die 'Joe Speedboot' heet niet veel goeds doet vermoeden. Maar behalve dat 'schrijfsel' simpelweg een lelijk woord is met een vage betekenis, schuilt er achter het gebruik van het wordt volgens mij ook een slecht motief.
Waarom noemt iemand zijn eigen werk immers een schrijfsel? Ik kan alleen maar het volgende bedenken: het klink zo lekker onpretentieus, zo lekker van: laten ik maar lekker normaal doen en mijn eigen werk niet in te pretentieuze termen vatten. Ze gebruiken de term dus vanuit een vaag onbehagen met de vermeende pretenties van de schrijverij, want als je een artikel of een boek schrijft moet je toch minstens tachtig zijn, pijproken en bij NRC Handelsblad werken.
Dit blijkt ook uit de manier waarop het woord wordt gebruikt. 'Het levert mooie schrijfsels op', luidde de hele zin vandaag in Het Parool. De schrijver zegt niet gewoon dat hij ergens een mooi artikel over kan schrijven, nee hij laat zichzelf helemaal weg - met nog vagere taal als gevolg. Daarom wil ik dit stukje met een stelling eindigen: wie een schrijfsel produceert is de moeite van het lezen niet waard - de moeite, want iemand die schrijfsels produceert, lees je niet voor je plezier.
Van een schrijver, columnist, of journalist verwacht je enig taalgevoel, als zo iemand met een 'schrijfsel' aan komt zetten weet je direct dat je daarin teleurgesteld wordt, net zoals een roman die 'Joe Speedboot' heet niet veel goeds doet vermoeden. Maar behalve dat 'schrijfsel' simpelweg een lelijk woord is met een vage betekenis, schuilt er achter het gebruik van het wordt volgens mij ook een slecht motief.
Waarom noemt iemand zijn eigen werk immers een schrijfsel? Ik kan alleen maar het volgende bedenken: het klink zo lekker onpretentieus, zo lekker van: laten ik maar lekker normaal doen en mijn eigen werk niet in te pretentieuze termen vatten. Ze gebruiken de term dus vanuit een vaag onbehagen met de vermeende pretenties van de schrijverij, want als je een artikel of een boek schrijft moet je toch minstens tachtig zijn, pijproken en bij NRC Handelsblad werken.
Dit blijkt ook uit de manier waarop het woord wordt gebruikt. 'Het levert mooie schrijfsels op', luidde de hele zin vandaag in Het Parool. De schrijver zegt niet gewoon dat hij ergens een mooi artikel over kan schrijven, nee hij laat zichzelf helemaal weg - met nog vagere taal als gevolg. Daarom wil ik dit stukje met een stelling eindigen: wie een schrijfsel produceert is de moeite van het lezen niet waard - de moeite, want iemand die schrijfsels produceert, lees je niet voor je plezier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten